In een woongebouw is op de begane grond een inpandige gemeenschappelijke fietsenstalling opgenomen waar alle bewoners hun fiets kunnen stallen (één grote ruimte). Deze ruimte ligt binnen de thermische schil. In ISSO 82.1 staat niet omschreven hoe hiermee om te gaan. Valt deze buiten de thermische zone (vergelijkbaar met groep van bergingen, conform paragraaf 7.2) of is het een overige ruimte (vergelijkbaar met niet-gemeenschappelijke stallingsruimten, conform paragraaf 7.2.2) die in deze situatie binnen de thermische zone valt?

82.1 - basis - detail


Het gaat hier om "Overige opslagruimte, stallingsruimten, bergruimten", zoals beschreven in tabel 7.1 uit ISSO 75.1. Dan geldt "Bepalen of de ruimte behoort tot de thermische zone met behulp van beslisschema uit paragraaf 7.4." Hoewel deze beschrijving in de ISSO 82.1 niet expliciet is opgenomen, kan er vanuit worden gegaan dat de betreffende ruimte op dezelfde manier wordt benaderd volgens ISSO 82.1 par. 7.2.2. Het gevolg kan inderdaad zijn dat de gemeenschappelijke fietsenstalling tot de thermische zone van het woongebouw behoort.


11-11-2023


Oude antwoord:

Het gaat hier om "Overige opslagruimte, stallingsruimten, bergruimten", zoals beschreven in tabel 7.1 uit ISSO 75.1. Dan geldt "Bepalen of de ruimte behoort tot de thermische zone met behulp van beslisschema uit paragraaf 7.4" Het gevolg kan idd zijn dat de gemeenschappelijke fietsenstalling tot de thermische zone van het woongebouw behoort.


01-09-2023



Het is mogelijk dat de EP adviseur een situatie aantreft die niet beschreven is in het opnameprotocol. De adviseur kan de vraag stellen via www.stichtingkego.nl. Via dit adviesplatform kan uitsluitsel worden gegeven over het behandelen van de betreffende situatie. Een antwoord van het platform geldt als bewijslast in het dossier. Het is echter niet verplicht het antwoord te gebruiken. De adviseur moet in die situatie wel onderbouwen waarom wordt afgeweken van het antwoord.